Hoofdstuk 7 - Help wat moet ik nu

Gepubliceerd op 12 februari 2024 om 15:00

Daan 

Ze kwam de kamer in alles was perfect. Ik mocht haar aan raken te minste dat dacht ik. Ze duwde me van haar af en nu ben ik haar kwijt. Ik kan niet naar haar toe of achter haar aan gaan. Ze wil mij niet meer, het is over tussen ons. Nu kan ze eindelijk iets met Tomas beginnen.  

Ik loop boos en verward de trap af. Halverwege loop ik Tomas tegen het lijf.  

“Wat heb je met haar gedaan?” snauwt hij.  

“Niks ze deed het zelf je mag haar hebben, ik ben klaar met haar.”  

Ik loop hem voorbij, ik dacht dat hij blij zou zijn. Hij rent de trap op. Ik besef nu pas dat ik helemaal niet zo dol ben op haar vrienden. Ze zijn natuurlijk ook niet mijn vrienden. En die ga ik nu dus ook niet zou maken. Het is pas twintig minuten uit maar ik miste haar nu al.  

Rozanne 

Ik zie Charlotte. ze huilt. Ik weet niet wat er is, maar ik hoef het eigenlijk ook niet te weten. Ik wil dat ze nu eerst gewoon verdrietig is. Ik roep Kai om ervoor te zorgen dat ze weer wat rustiger kan worden.
Kai en Charlotte zijn altijd heel erg kolos geweest. Als er geen vrienden van ons zijn liggen ze op de bank tegen elkaar alsof ze een stel zijn, en als er iets met haar is gaat ze altijd als eerst naar hem toe. 
 

Al onze vrienden komen om ons heen staan om te kijken wat er met haar aan de hand is. Kai neemt haar mee naar boven. Meze blijft daarna ongemakkelijk om me heen draaien en om de paar minuten vraagt ze of ze niet beter even boven kan gaan kijken. Ik weet niet wat er met mijn zus is, maar wat het ook moest zijn ze is in goede handen bij Kai.  

Meze 

Ik zie mijn beste vriendin boven bij het zwembad verschijnen, ze huilt. Ik wil naar haar toe, maar ben te laat. Rozanne heeft haar ook gezien. Ze stuurt Kai en Charlotte weg voor ik heb kunnen vragen wat er is. Daarna ben ik erg ongeduldig en wil ik zo snel mogelijk naar haar toe. om de paar minuten ga ik naar Rozanne toe om te kijken of ik niet beter naar haar toe kan gaan. Ze houdt me tegen op alle mogelijke manieren. 

Tijdens het avondeten is het niet erg gezellig. Charlotte zit aan de ene kant van de tafel zwijgend voor zich uit te staren en aan de anderen kant zat Daan met een kop alsof er onweer op komst is. Myra probeert er nog een beetje sfeer in te brengen maar daardoor loopt Sensa ook boos van tafel weg. 

Charlotte 

Ik heb geen honger ik wil, maar een ding en dat is Daan. Ik denk aan veel dingen, zou hij ook boos geworden zijn als ik hem wel door had laten gaan of zou ik beter moeten zeggen waarom ik nog niet verder wil. Ik denk na over Tomas, ik ben voor het eerst echt bang dat hij verliefd op me is. 

“Kom,” hoor ik achter me. Rozanne pakte mijn hand. “We gaan je spullen daar weg halen.” 

Ik knik en sta langzaam op. Mijn blik kruist kort met die van Daan. Ik doe mijn best niet te gaan huilen.
Terwijl we de trap op lopen denk ik na over Daan en mij. Ik wil meer, voor het eerst wil ik echt meer met hem.
 

“Char”, hoor ik achter me.
Het is Tomas. ik ren een stukje terug naar hem toe en gaaf hem een knuffel. zodra ik hem weer loslaat legt hij zijn hand op mijn wang. Ik kijk in zijn blauwe ogen. Zijn gezicht komt steeds dichterbij. 
 

“Sorry, nee dit kan ik niet, ik hou van Daan.”  

Op dat moment zie ik Daan staan. Hij heeft het allemaal gezien. hij draait zich om en wil de trap terug af lopen.  

“Daan!” roep ik.  

Ik ren achter hem aan de trap af.
“Wacht!” 
 

Hij draait zich zo snel om waardoor ik bijna tegen hem aan bots.  

“Alsjeblieft, ik wil Tomas niet ik wil jou. Sorry, dat ik nog niet meer wil maar zonder jou wil ik niet veder gaan, ik hou van je en ik wil je niet kwijt nu niet en nooit meer.”

De tranen lopen over mijn gezicht. Onder tussen staan bijna al mijn vrienden om ons heen. Daan pakt nu mijn gezicht en zegt:

“Ik hou ook van jou,” hij kuste me.

Zodra hij me loslaat, sluit ik heel even mijn ogen. 

“Ik wil je nooit, maar dan ook echt nooit, nooit, nooit meer kwijt” zeg ik zacht.  

Hij neemt me in zijn armen. Samen lopen we verder naar boven.  

“Zo en wat gaan we morgen doen?” vraagt Juda.  

Rozanne reageert daarop en zegt:

“Wandelen,” ze knipoogt naar Sensa.  

Ik hoor Meze achter me Kreunen “Nee, haten jullie mij?” We moeten er allemaal erg lachen om haar opmerking. 

We zijn al boven als Kai naar Thomas gebaart, door de hele toestand was ik hem eigenlijk alweer vergeten.  

“Tomas” zeg ik.

Hij blijft staan.
“Kan ik even met je praten?”
 

Hij knik, maar zegt niks.  

“Sorry, dat ik niet verliefd op je ben.”  

“Daar kan jij niks aan doen,” zegt hij.  

Ik geef hem een snelle knuffel.

“Sorry.”

De tranen staan alweer in mijn ogen. Hij draait zich om en loopt naar zijn kamer. Verslagen blijf ik in de gang staan. Bij zijn deur draait hij zich nog een keer om en voor hij naar binnen gaat zegt hij:
“Ik weet dat je nu niet verliefd op mij bent maar misschien ooit.”
Daarna sluit hij de deur en blijf ik alleen achter in de gang. 

Rozanne 

“Goede morgen wat nemen jullie voor ontbijt” zegt Sensa zodra ze het restaurant in komt lopen. De ruzie van Charlotte en Daan de dag hiervoor heeft op iedereen indruk gemaakt. Nu nog, na dat het goed gekomen is, met iedereen en we er een nachtje over geslapen hebben merk je dat het nog door iedereens hooft heen gaat.  

“Een chocolade croissant,” reageert Meze op de vraag van Sensa.  

“Zo hebben jullie allemaal een beetje zin in het wandelen vandaag?”  

“Nee” zegt Meze vrijwel meteen, maar ze krijgt nog geen seconde later een por in haar zij van Juda.  

Charlotte zegt daar op:
“Meze weet je wel waar we gaan wandelen?” 
 

“Nee, want dat verteld niemand me.”
Ik moet lachen en pak mijn mobiel uit mijn zak. Iedereen kijkt me vol spanning aan. 
 

“Ga je het nog zeggen?” vraagt Tomas als het hem te lang begint duren. Ik knik, maar zeg niks. Ik draai mijn mobiel naar de rest toe en zeg:  

“Hier gaan wij wandelen.”  

Op het scherm staat een witzandstrand.  

Gelukkig is iedereen gelijk enthousiast. Ik heb gezegd dat iedereen zijn zwemspullen mee moet nemen en dat ze makkelijke schoenen aan moeten trekken. Het is al elf uur en heel erg warm tegen de tijd dat we naar ons start punt rijden. Het is heet in de auto en de jongens stelle zich ongelofelijk aan, maar tegen de tijd dat we de auto weer uit stapte en het witte zand onder onze voeten voelen en tussen onze tenen zijn we allemaal weer de beste vrienden.  

Tomas tilt Charlotte op en rent met haar naar het water. Ze begint gelijk te gillen en om zich heen te slaan. Daan en Sensa Rennen achter hen aan, ik schiet in de lach en kom pas weer bij nadat Charlotte zichzelf heeft bevrijdt en Tomas met kleding en al in het water gevallen is. Juda rent naar de rest toe en slaat zijn arm om Sensa heen. Samen lachend en praten lopen we over het witte Strand. Charlotte en Daan lopen had in hand. Ikzelf vlucht voor Tomas en Kai. Meze lopen zwijgend achter aan. Na dat we al een uur aan het lopen zijn komen we bij rotsen. Ik weet dat we daar overheen moeten klimmen om bij onze eindbestemming te komen, ik heb het alleen nog niet aan de rest vertelt.  

Daan 

Ik sta versteld als Rozanne ons na een eeuwigen stilte een foto van een strand hier in de buurt laat zien. Ik ging er van uit dat ze wil de wandelen door de natuur een oerwoud ofzo, waar we allemaal konden om komen door uit droging of wilde dieren.  

Zodra we het strand op lopen tilt Tomas mijn vriendin op, ik voel een steek in mijn maag. Hij rent met haar richting het water. Sensa en ik rennen samen achter ze aan. Na een soort watergevecht lukt het Charlotte om zelf te ontsnappen. Tomas verliest daardoor zijn evenwicht en valt in het water. We moeten er allemaal erg om lachen. Ik neem de hand van Charlotte en samen lopen we langs het water. Juda ren naar Sensa toen en slaat zijn arm om haar heen. Ze praten en lachen, af en toe draai ik me om naar Meze. Ik weet van Rozanne en Charlotte dat ze verliefd is op Juda. Ergens vind ik het best wel sneu voor haar. Gelukkig blijft Kai bij haar lopen. Hij maakt flauwe opmerkingen waardoor ze telkens toch weer moet lachen.  

Uiteindelijk komen we bij allemaal rotsen. Ik zie aan Rozanne dat ze ons iets nog niet verteld heeft. 

“Jongens,” zegt ze. “We moeten hier overheen om bij onze eindbestemming te komen.”

Ik hoor Kai en Meze zuchten, terwijl Sensa al op een van de rotsen staat en voor ons uit loopt. Charlotte klimt ook heel snel de rotsen op en loopt achter haar vriendin aan. Zelf heb ik er wel wat meer moeite mee. 

Meze 

We klimmen de rotsen op. Juda en Sensa lopen nog steeds samen en ik begrijp het niet zo goed. Ze weet toch dat ik verliefd ben op Juda? Kai loopt ondertussen ook weer bij zijn vrienden. Charlotte rent voor Daan uit en moet lachen om zijn poging achter haar aan te komen.  

Tegen de tijd dat we eindelijk weer op het strand staan zien we Myra en Rik staan. Ze wenken ons, dus rennen we naar ze toe. Waar we de energie vandaan haalde weet ik niet, maar we renden. Zodra we met zijn allen bij ze staan wijst Myra naar een strand hutje.  

“Zullen we daar een ijsje gaan eten? Dat hebben jullie wel verdiend.”  

We knikken allemaal en lopen samen naar de strand hut. Ik neem een ijsje met twee bolletjes een citroen en een aardbij. Rozanne en Charlotte nemen allebij banaan en citroen. Het is mega gezellig. Na het ijsje besluiten we om terug naar het strand te gaan om te gaan zwemmen. Sensa pakt Juda zijn hand vast en samen rennen ze het water in. Ik kijk ernaar, en voel me boos en verdrietig. 

Na een tijdje komt Juda het water uit rennen. Hij komt tot mijn verbazing naast me zitten.  

“Hé waarom ben jij niet aan het zwemmen?”  

Ik kijk hem aan.

“Gewoon, heb niet zoon zin.”  

Hij gaat terug staan en steekt zijn hand naar me uit. Ik schudt met mijn hoofd en voel dat ik begin te blozen. Ik hoop dat hij het niet ziet. Hij pakt me mijn linker handen en trekt me om hoog. Hij tilt me op en rent met mij over zijn schouder naar het water. Midden in de zee laat hij me los. Rozanne zwemt naar hem toe en zegt:
“Wat ben jij een held zeg, zomaar meisjes verdrinken.”

We moeten lachen om haar opmerking. Sensa springt op de rug van Juda ze fluistert iets in zijn oor. Hij moet er om glimlachen, daarna zwemmen ze een stukje verder weg. Ik word steeds bozer en jaloerser, ik voelde me nog nooit zo alleen. Charlotte komt naast me staan “Gaat het?” vraagt ze.

Ik schud mijn hoofd.
“Waarom doet Sensa zoiets? Ze weet dat ik hem leuk vind.”
Ze knik, maar zwijgt. Ondertussen staat Myra aan de kant te roepen, dat we moeten komen.
 

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.